Soms voelt het alsof ik geboren ben met een pijl en boog in mijn hand, altijd klaar om te jagen. Maar naar wat, dat weet ik niet. Het ene moment stort ik me op een nieuwe hobby alsof mijn leven ervan afhangt, het volgende ben ik alweer halsoverkop bezig met een project dat me gisteren nog volledig leek te vervullen. Ik ben altijd onderweg, altijd zoekend, altijd jagend. Als een kip zonder kop, ja. Maar eentje die niet kan stoppen met rennen.
Het is geen depressie, laten we dat meteen uit de weg ruimen. Ik lig niet verstijfd in bed, ik huppel alleen ook niet zingend door de straten. Wat ik voel is meer… onrust. Een soort onzichtbare honger die nooit gestild wordt. Een grommend monster dat fluistert dat er altijd iets beters is, iets dat nog ontdekt moet worden, ergens achter de horizon.
Sinds kort zit ik weer aan andere medicatie, escitalopram. Het is een hulpmiddel, een soort vangnet om niet weg te glijden in die eindeloze cyclus van angsten en onrust. Want ja, die angsten? Die lopen hand in hand met mijn jachtinstinct. Ze fluisteren dat ik misschien nooit mijn doel zal vinden, dat het niet genoeg is, wat ik ook doe. Ze laten me twijfelen aan wat ik al heb, alsof dat niet genoeg is.
En toch, als ik mijn leven bekijk, zie ik iets prachtigs. Een huis dat gevuld is met liefde, drie geweldige kinderen, een man die me begrijpt… Zoveel moois, en toch… het knaagt. Niet omdat ik niet gelukkig ben, maar omdat die rusteloze jager in mij niet weet hoe te stoppen. Het is alsof mijn hersenen altijd in de hoogste versnelling staan, op zoek naar zingeving die ik al lang in handen heb. Maar dat besef… het blijft net buiten bereik.
Als ik eerlijk ben, zie ik dit patroon al jaren. Het zit in alles wat ik doe, in hoe ik leef. De hunkering naar meer, het najagen van iets onbenoembaars. Misschien is dat het probleem: ik weet niet waar ik op jaag. Ik ben een jager zonder prooi, verloren in een bos vol keuzes, verlangens en verwachtingen.
Soms vraag ik me af of ik ooit genoeg kan zijn, genoeg kan hebben. Of het mogelijk is om stil te zitten, de boog neer te leggen, en te genieten van het nu zonder steeds te willen rennen. Maar eerlijk? Zelfs als ik stilzit, jaag ik. Naar een moment van betekenis, naar rust, naar iets wat mijn ziel sust.
En misschien… Misschien is dat precies wie ik ben. Een jager, altijd onderweg. Niet omdat ik moet, maar omdat ik niet anders kan. Misschien is het tijd om niet langer een prooi te zoeken, maar om de jacht zelf te omarmen. Want wie weet? Misschien is de reis wel het doel.
Vind je dit artikel interessant? Laat dan een donatie achter en steun mijn werk! Dankzij jou houd ik mijn artikelen open en toegankelijk voor iedereen – zonder vervelende betaalmuren. Alvast super bedankt!
Laat een reactie achter
Lees Comments